DEZE WEEK HAD IK NIET ALLEEN DE EER om Byron Katie te ontmoeten en te interviewen, maar ook om haar in actie te zien tijdens een workshop in een uitverkochte Westerkerk in Amsterdam. Wow, wat een vrouw!

De Amerikaanse Byron Katie kreeg op haar 44e een belangrijk inzicht wat haar leven totaal veranderde.

Ze kreeg dit inzicht niet zomaar, maar toen ze wakker werd op de vloer van een kliniek voor eetstoornissen. Ze was toen al jarenlang ernstig depressief en ziek, en dat terwijl ze getrouwd was en kinderen had opgevoed. In een van haar boeken schrijft ze dat er jaren waren (jaren!) dat ze niet eens haar bed uit kon komen door de chaos in haar hoofd.

Maar die ochtend in de kliniek werd ze op twee manieren wakker.

  1. Op de manier waarop we allemaal ’s ochtends wakker worden.
  2. En op een manier waarop ze ineens zag dat haar verdriet en pijn veroorzaakt werd door wat ze dacht. Niet door wat er werkelijk aan de hand was… er was namelijk niks aan de hand.

Haar transformatie was zo radicaal, dat het verplegend personeel haar niet meer herkende. Haar man en volwassen kinderen herkenden haar ook niet meer.

Byron Katie was van een geestelijk wrak vol woede en verdriet veranderd in een vrouw die ‘het licht’ had gezien en die zich van het ene op het andere moment bevrijd had van al haar ellende. Dit tot grote opluchting van haar man en kinderen!

Vanaf die dag heeft Byron Katie zich met tomeloze energie ingezet om anderen te helpen zich los te maken van verlammende gedachten en overtuigingen die het leven zo moeilijk maken.

Ze is inmiddels begin 70 en heeft echtscheiding, de dood van haar tweede man en zelfs kanker overleefd. Inmiddels is ze al jaren gelukkig getrouwd met een nieuwe man en in goede gezondheid.

Wat is het geheim van Byron Katie’s verandering?

De kern van Katie’s werk is dat je je gedachten niet klakkeloos gelooft en maar blijft herkauwen, maar dat je je negatieve gedachten eens kritisch gaat bekijken en onderzoeken.

Je kent die gedachten vast, want we hebben ze allemaal en we lijden er allemaal onder:

  • mijn man luistert nooit naar me
  • mijn vrouw is vreemdgegaan en heeft me verraden
  • mijn ouders waren er nooit voor me
  • ik kon het nooit goed doen
  • mijn compagnon heeft me opgelicht
  • mijn baas waardeert me niet
  • mijn collega’s vinden me dik en onaantrekkelijk
  • mijn klasgenoten pesten me

We voelen ons allemaal het slachtoffer van onoprechte mensen en ongelukkige omstandigheden.

Maar zolang we vasthouden aan deze overtuigingen, houden we onszelf gevangen in verdriet, afwijzing en pijn. Met alle gevolgen van dien, zoals ziektes en depressies.

Met de vier vragen van Byron Katie kun je deze verroeste overtuigingen op waarheid onderzoeken en ze volledig ontmantelen. Als je je afvraagt of je gedachte waar is, kun je vervolgens ook een tegenovergestelde gedachte onderzoeken, en dat is de laatste stap in het gedachten-onderzoek: de omkering.

Want als het toch maar gedachten zijn (en niet echt de waarheid) dan zijn alle gedachten mogelijk. De gedachte ‘mijn man houdt niet meer van me’ is dan net zo waar (of onwaar) als de gedachte ‘mijn man houdt nog wel van me’. Waarbij de tweede gedachte je een veel beter gevoel geeft dan de eerste gedachte.

En daar gaat het om. Vaak kiezen we ervoor om gedachten te geloven die ons pijn doen. Maar we kunnen het omkeren en gedachten geloven die ons gelukkig maken. Gewoon omdat alle gedachten maar gedachten zijn, en niet de werkelijkheid. Dus zijn we vrij om te denken wat we willen. En dus is het slimmer om positieve gedachten te hebben die ons bevrijden dan gedachten die ons ziek en verdrietig maken en ons gevangenhouden in schuld en machteloze woede.

Gedachten leggen ons beperkingen op of geven ons juist mogelijkheden. Het ligt er maar net aan welke gedachte we geloven.

In de middeleeuwen dachten mensen dat de aarde plat was en dat je er af kon vallen als je de zee op ging. Dus gingen ze de zee maar niet op en zo beperkten mensen zichzelf eeuwenlang door de domme overtuiging dat de aarde plat was.

We dachten dat we nooit op de maan zouden kunnen komen. Was dat de werkelijkheid? Nee, want inmiddels zijn er mensen op de maan geweest. Het was dus niet meer dan een gedachte die ons tegenhield. Pas toen iemand dacht: “we moeten op de maan kunnen komen” gingen we eraan werken en toen werd het werkelijkheid. En nu gaan we zelfs binnen afzienbare tijd naar Mars! Zo krachtig zijn gedachten dus.

Klinkt het te mooi om waar te zijn? Ik ben het helemaal met je eens! Maar ik heb gisteren, in een stampvolle Westerkerk, gezien dat oude overtuigingen werkelijk oplossen met behulp van de vier vragen en de omkering. Ik kon het zelf ook nauwelijks geloven.

Om je de gelegenheid te geven om te zien hoe het werkt, heb ik een deel van de sessie uitgeschreven die Byron Katie gisteren met een vrouw uit het publiek deed.

De vrouw is in de veertig. Ze draagt een hoofddoekje want ze is kaal. Ze is gestrest en vertelt huilend dat ze kanker in de eierstokken heeft. Haar arts heeft haar verteld dat ze binnenkort zal overlijden. Ze kan het gesprek met haar arts maar niet verkroppen. Ze is enorm kwaad op hem vanwege het slechte nieuws.

Katie: Wat is je issue?

De vrouw: (huilend) Mijn arts deugt niet want hij heeft gezegd dat ik binnenkort dood ga.

Katie: Is dat waar?

Vrouw: Ja, want hij heeft het gezegd.

Katie: Wanneer vertelde hij je dit slechte nieuws? Wanneer vertelde hij dat je snel zou overlijden?

Vrouw: Zes maanden geleden.

Katie: Maar je leeft nog steeds, je zit hier!

Vrouw: (knikt verbaasd) Ja, ik ben er nog.

De zaal lacht.

Katie: Zes maanden is voor heel veel mensen een lange tijd. Wie van jullie heeft kanker maar leeft nog steeds?

Minstens 40% van het publiek in de bomvolle kerk steekt de hand op. Links naast me zit een vrouw en rechts naast me zit een man en beiden steken hun hand op. De vrouw op het podium kijkt verbaasd rond. Ze is duidelijk niet de enige met kanker.

Katie: Je gaat dus dood. Is hier iemand in de zaal die niet doodgaat?

De zaal barst in lachen uit.

Katie tegen de vrouw: Is de gedachte dat je binnenkort doodgaat waar?

Vrouw: (twijfelend) Ik weet het niet…. ik leef nog steeds… ik ben gewoon bang. (begint te huilen)

Katie: Natuurlijk ben je bang. Maar doodgaan is niet je werkelijke probleem. Dat je gelooft dat je binnenkort doodgaat, daar zit je angst en je pijn. De kanker is niet het probleem. Je gedachte erover is het probleem. Je bent boos op je dokter, terwijl je hem juist hebt ingeschakeld om je de waarheid te vertellen, toch? Je gaat toch niet naar een arts om je te laten voorliegen? Dus hij vertelt je de waarheid, en dan word je boos. Die waarheid is blijkbaar niet goed genoeg.

Vrouw: (nuchter) Ja, dat is wel raar ja. Het is zijn schuld niet. Hij kan er ook niks aan doen dat ik kanker heb.

Katie: Precies. De gedachte dat je doodgaat veroorzaakt je pijn en angst. Omdat die gedachte in jouw hoofd zit, ben jij de enige die je kan helpen. De dokter kan je niet bevrijden. Zelfs de dood kan je niet bevrijden. Alleen jij kan jezelf bevrijden. Hoe? Door niet zomaar die gedachte te geloven.

Vrouw: (rustiger) Het is inderdaad maar een gedachte.

Byron Katie in de Westerkerk in Amsterdam
Byron Katie in de Westerkerk in Amsterdam


Katie: Wat is de ergste gedachte die je kunt hebben op je sterfbed?

Vrouw: Op mijn sterfbed wil ik tegen mijn zoon zeggen dat ik van hem houd en dat ik hem een goed leven toewens. (begint weer te huilen).

Katie: Maar dat kun je nu toch ook doen? Of heeft ie geen telefoon ofzo?

De zaal barst in lachen uit.

Katie: Je kunt hem toch vandaag bellen en hem dat vertellen? Waarom zou je daarmee wachten tot je ligt te sterven?

Vrouw: (weer nuchter) Hmmm, ja, daar heb je gelijk in.

Katie: Je belt hem vanavond op en dan zeg je dat je van hem houd en dat je hem een heel goed leven wenst.

Vrouw: (opgelucht) Ja, dat doe ik, daar had ik niet eerder aan gedacht!

De zaal buldert van het lachen.

Katie: Okay, zijn er nog andere zaken die we moeten afhandelen voordat je doodgaat?

De zaal lacht en de vrouw lacht nu ook.

Vrouw: Ik ben bang dat mijn man en zoon een vreselijk leven zullen hebben als ik er niet meer ben.

Katie: Zo zo. Toe maar. Je vind jezelf wel heel belangrijk, hè? Het moet allemaal over jou gaan, hè? Je man en je zoon zullen een vreselijk leven hebben als jij dood bent. Is die gedachte waar?

Vrouw: (beteuterd) Nee.

Katie: Je denkt dat je jezelf koste wat het kost in leven moet houden zodat zij een goed leven kunnen hebben. Je denkt dat je zelf moet leven om hen te redden. Om hen een goed leven te bezorgen, want zonder jou kunnen ze niks. Zo kun je toch niet leven? Dat is toch geen leven, als je dat gelooft?

Vrouw: (weer nuchter) Nee, dat is raar om dat te denken.

Katie: Hoe zou het voor hen zijn als jij gelukkig bent wanneer je doodgaat?

Vrouw: Dat zou fijn zijn. Dan zouden ze minder verdriet hebben. Dan zouden ze mijn dood makkelijker kunnen accepteren.

Katie: Laten we de gedachte eens omdraaien.

“Ik ben bang dat mijn man en zoon een vreselijk leven zullen hebben als ik er niet meer ben.”

veranderen we in:

“Mijn man en zoon zullen een geweldig leven hebben als ik dood ben.”

Vrouw: Ja, dat kan best. Omdat ik er dan niet meer ben en ze de hele tijd vertel wat ze wel en niet moeten doen!

Iedereen barst in lachen uit. De vrouw lacht ook mee.

Katie: Kijk, dat zou nog eens fijn zijn voor je man en zoon! Zijn ze eindelijk vrij om te doen wat ze willen!

De zaal buldert van het lachen.

Katie: Laten we het nu nog een keer omdraaien, maar op een andere manier.

“Ik ben bang dat mijn man en zoon een vreselijk leven zullen hebben als ik er niet meer ben.”

veranderen we in:

“Mijn man en zoon zullen een geweldig leven hebben zolang ik er nog ben.”

Vrouw: (stil, ze knikt) Zo heb ik het nog niet eerder bekeken, ik was alleen maar bezig met doodgaan en met mijn angst.

Katie: Ja, en daar heeft niemand wat aan. Moet je je voorstellen hoe dat dan gaat: je zoon komt naar je toe en zegt: ‘mam, ik wil met je praten zolang je er nog bent’. Maar jij hebt het te druk met je gedachten over je dood en hoe je straks in die kist zal liggen en welke jurk je dan in godsnaam aan moet om er een beetje fatsoenlijk bij te liggen. ‘Nee zoon, nu even niet, ik ben nu met m’n begrafenis bezig’.

De zaal ligt dubbel. De vrouw lacht ook.

Katie: Laat je dood niet de maanden die je nog hebt verzieken. Je leeft nu. Dus leef dan ook echt, met hart en ziel. In plaats van te zitten treuren dat je misschien snel dood gaat alleen maar omdat de dokter dat heeft gezegd en omdat jij dat vervolgens bent gaan geloven. Als je je los kunt maken van die gedachte, als je kunt zien dat die gedachte niet eens waar is, dan kun je nu eindelijk gaan leven. Beter dan ooit daarvoor. Al is het misschien nog maar kort, je kunt nu een geweldig kwalitatief leven hebben, met je man en je zoon.

De vrouw krijgt een ferme omhelzing van Katie en stapt geheel ontnuchterd van het podium af. Ze huilt niet meer, ze loopt rechtop, ze is opgelucht.

. . . . .

Hoe doe je zelf The Work van Byron Katie?

Ik nodig je uit om de vier vragen van Byron Katie eens los te laten op de gedachte of overtuiging die je het meest dwarszit, en vervolgens de omkering toe te passen.

Stap 1

Ga eerst terug naar de situatie waarin je ruzie had met de persoon die je leven verziekt heeft. Kies 1 specifieke situatie waarin je ruzie had, of een heftige discussie, of waarin je afgewezen werd door die ander. Kies die pijnlijke, vernederende gebeurtenis waar je al maanden of jaren op loopt te kauwen.

Doe je ogen dicht en haal dat moment terug. Hoe was die ruzie? Wat zei je? Wat zei die ander? Hoe voelde je je? Hoe zag het gezicht van die ander eruit, hoe keek die persoon toen je dat conflict had?

Stap 2

Dan ga je naar de vier vragen en je beantwoordt deze door je antwoorden op te schrijven. Met pen en papier dus. Niet in je hoofd, want dat werkt niet. Ons ego is zo slim dat het zich er makkelijk uit kletst zodra het aan onderzoek onderworpen wordt. Je hebt de fysieke beweging nodig van het opschrijven en je moet je gedachten en je antwoorden kunnen teruglezen. Hier kun je je werkblad met de vragen en de omkering downloaden.

Je werkblad geprint en je pen in de aanslag? Okay, daar gaan we!

  1. Is het waar?
  2. Kun je absoluut zeker weten dat het waar is?
  3. Hoe reageer je, wat gebeurt er, wanneer je die gedachte gelooft?
  4. Wie zou je zijn zonder de gedachte?

Stap 3

Vervolgens draai je je oude gedachte om.

Mijn ouders gaven niet om me (is hetzelfde als: de aarde is plat/we kunnen niet naar Mars)

verander je dan in:

Mijn ouders gaven wel om me (is hetzelfde als: de aarde is rond/we kunnen wel naar Mars)

Hoe weet je welke gedachte je moet kiezen? Heel simpel: vraag jezelf af waarover je vaak klaagt of huilt of je boos maakt. Dat is de gedachte die je het meeste bezighoudt en de meeste frustratie en pijn veroorzaakt. Ga daar eens rustig mee aan de slag en kijk wat het met je doet.

Succes!
Marisa

Wil je ook nuchterder leren denken? Lees dan hoe in mijn gratis e-boek.

Gratis mindfulness e-boek voor jou — Download nu
Als je stress beu bent en meer kleur en plezier in je leven wilt hebben... lees dan hoe dat makkelijk te doen is.